Afbeelding
Foto: Remco Veurink

Granen als energiebron

Verzorging Opvallend

Voor veel paarden vormen granen een groot deel van het rantsoen, waardoor deze een belangrijke energiebron zijn. Tussen granen bestaan echter veel verschillen; ze zijn niet allemaal even goed verteerbaar en leveren daardoor niet allemaal dezelfde hoeveelheid energie. Ook het bewerkingsproces heeft invloed op de verteerbaarheid en dus de energiewaarde. 

Advertisement

Haver

Van de onbewerkte, rauwe granen is haver het beste verteerbaar, omdat haverzetmeel bestaat uit kleine moleculen. Mits een paard goed kauwt, hoeft haver niet eens geplet te worden om het zetmeel beter beschikbaar te maken voor verteringssappen. 

Gepofte granen

In rauwe vorm hebben granen zoals maïs en gerst een veel lagere verteerbaarheid. Daarom worden ze vaak in gepofte vorm ingezet. Poffen of expanderen gebeurt onder hoge temperatuur en hoge druk, waardoor de zetmeelmoleculen ‘gelatiniseren’, ofwel beter oplosbaar en beter verteerbaar worden. 

Vlokken en hele granen

Gerst en maïs worden ook vaak gevoel okt. Bij dit proces staat het zetmeel, net als bij poffen, bloot aan hoge temperaturen, wat de verteerbaarheid verhoogd. In de markt zijn veel granenmixen verkrijgbaar, die vaak bestaan uit hele granen. Voor haver is dit geen probleem, maar het voeren van een grote hoeveelheid onbewerkte gerst, maïs en/of tarwe kan leiden tot problemen in de blinde en dikke darm. O.a. Koliek, diarree en hoefbevangenheid kunnen dan ontstaan. Paarden zijn eigenlijk geen graaneters. Hun alvleesklier produceert maar een beperkte hoeveelheid van het enzym amylase, wat zetmeel verteert. Sommige paarden produceren nog minder amylase dan anderen, waardoor deze paarden extra gevoelig zijn voor veel granen in het rantsoen. Bij zulke paarden komen koliekverschijnselen en diarree regelmatig voor. 

Bron: De Hoefslag