Afbeelding

Blog Liz Barclay: Wachten is beter dan verwachten

Algemeen Opvallend

“We verwachten toch wel dat ze het eind van het jaar M zijn.” Dat waren de woorden van een trotse moeder een tijdje geleden. Haar dochter moest haar eerst B-proef nog rijden. Ik wilde haar niet beledigen, maar dacht: “oh jeetje, als dit maar goed gaat”. Zoveel druk op de ketel voor een jonge meid met een paard wat ooit kuren had. 

Advertisement

Als het een klant van me was geweest, had ik proberen uit te leggen dat die zelf-geïmplementeerde druk voor paard en ruiter ongezond is en vaak contraproductief. Doordat we in de professionele wereld continue voorbeelden krijgen van hoe vlot de opleiding van een paard kan gaan, wordt het ons op die manier wel met de paplepel ingegoten. De gedachte van wat er achter de schermen allemaal verkeerd gaat door die enorm hoge verwachtingspatronen, maakt mij als paardenliefhebber angstig en ook boos.


Veelbelovend fokproduct

Ik heb het allemaal zelf meegemaakt. Ik had een fokmerrie gekocht en een hengst uitgezocht. In het voorjaar bleef ik maar blijven kijken in dat weiland, terwijl de buik almaar dikker werd en de merrie langzaam bij de flanken begon uit te zakken. Haar energieke uitbarsting, al bokkend door de wei, vlak voor het uit- en aftellen. 

Het harsen. Nu kan het niet zo lang meer duren voor je hoogsteigen veelbelovende fokproduct het levenslicht zal aanschouwen. Als je geluk hebt, kun je het hele gebeuren van het begin af meemaken. De zak met vocht, het eerste voetje, en nog een met een neusje erbij, en vervolgens, na een dramatische pauze met een hoop gekreun, ploeps, daar ligt een glimmend nat en nog geheel plat en slap veulen. 

Ik had geleerd dat je met een stukje stro de neusgaatjes moet kietelen en ja hoor, met een schattig niesje en een klein beetje geschud met de nog kletsnatte oortjes komt er een beetje leven in de keet. Prachtig om te zien.

De onbarmhartige weg naar de tiet

En ook super spannend, want het moet nog gaan staan met bibberende knietjes, waarna het met vallen en opstaan als een dronken mannetje de onbarmhartige weg naar de tiet moet zoeken. De prille fokker zal dit proces met ingehouden adem blijven volgen. 

De wat meer door de wol geverfde fokker gaat waarschijnlijk even een kopje koffie drinken en steekt zo nu en dan even z’n kop om de hoek. Dan al begint het proces van hopen en dromen over wat dit kleine onschuldige diertje, dat nog niet eens een grassprietje gezien of geproefd heeft, in zijn leventje zal gaan bereiken. 

Als in de eerste maanden in de wei het veulen met staartje recht omhoog speels om zijn moeder rent, staat de fokker trots aan de kant te genieten van het nog zo prille en parmantige gangwerk.

Drie jaar oud zonder kleerscheuren

Wanneer de volgende drie jaar hopelijk zonder kleerscheuren zijn verlopen, kan er met het aanrijden begonnen worden. Een periode die voor paard en ruiter cruciaal is. Tot dan toe heeft men bij het bekappen en ontwormen wel enig idee gekregen wat voor vlees men in de kuip heeft, maar er wordt, behalve braaf meelopen op de keuring en voetje geven, nog niet echt iets verwacht. 

Op het moment dat de eerste stappen onder het zadel genomen worden verandert dat. Daar ontkomt niemand aan. Je kijkt nu met hoop naar de toekomoest, hoop op wat je hoopte te fokken of aan hebt geschaft. Ongeduld wordt je grootste vijand.

“Als je maar op tijd begrijpt wanneer je paard het even niet aan kan en meer tijd nodig heeft.”

Iedere keer dat je erop stapt, hoop je iets te voelen dat beter is dan de vorige keer, of toch minstens hetzelfde. Dat mag ook, als je maar op tijd begrijpt wanneer je paard het even niet aan kan en meer tijd nodig heeft. Of misschien wel beter is in iets anders dan jij wil.


Op zoek naar een eerlijk paard

Enige jaren geleden ging ik met een moeder en haar dochter in Nederland naar een aantal dressuurpaarden kijken. De talentvolle dochter moest de overstap maken van pony naar paard, dus het moest een eerlijk paard zijn met wat ervaring.

Ergens bij Zelhem in de buurt vonden we wat we zochten...dachten we. Deze ruin was negen, had L2 gelopen, was super gehoorzaam, liep mooi en zat heerlijk. Maar mijn advies was: fijn paard, ga nog een weekend terug om het wat vaker te rijden.

Een radeloos paard

Of dat had kunnen voorkomen wat daarna gebeurd is; ik heb geen idee. In ieder geval kwam het paard twee weken later, na de keuring, in Cornwall aan. In een totaal ander humeur dan we hem in Nederland gezien en gereden hadden.

Hij was helemaal over z’n toeren, doodsbang en durfde niet eens zijn nieuwe stal in. Dit verhaal hoorde ik pas na een week of twee, toen de moeder me radeloos opbelde voor hulp.

“Dit paard was doodsbang en compleet in verwarring.”

De dochter durfde er niet meer op. De moeder, een ervaren ruiter, nog wel maar ze wilde mijn mening. Ik kan het maar op een manier beschrijven. Dit paard was doodsbang en compleet in verwarring. Na een half uur rijden in de baan met een paard dat volledig in lock-down was besloot ik een ommetje te maken. Toen we bij een hek kwamen waar ik af wilde stappen om het open te maken, sprong hij er vanuit z’n radeloosheid dwars doorheen.

Het broertje van...

Na een heleboel telefoontjes bleek dat de dierenarts wel een braaf paard had gekeurd maar dat bij het laden het wel een ander paard leek, zo was hij tekeer gegaan. Na nog meer telefoontjes kon de ruin wel terug maar op voorwaarde dat deze dealer een ander paard voor hen zou zoeken. Het is nooit meer goed gekomen. Wel heeft de moeder nog vrij veel informatie kunnen achterhalen over het paard zelf. 

Het was de volle broer van een Belgisch gefokt internationaal springpaard en het was de bedoeling dat ook hij de springsport in zou gaan. Naar mijn bescheiden mening is het daar mogelijkerwijze al verkeerd gegaan. 

Er werd, als broertje van een bekend springpaard, waarschijnlijk een hoop van hem verwacht. Teveel druk op de ketel en voor je het weet heb je een paard dat zelfs niet meer wil doen waar hij goed in is. Dan maar de handel in en soms komt het goed, vaak ook niet. In en in triest en vooral ook voor het paard zelf.

Het kadootje van een blij paard

Het is maar een voorbeeld, maar ik ken helaas nog zoveel meer gevallen. Wanneer leren we nou dat als het paard er klaar voor is hij geeft wat het kan. Sommige paarden hebben gewoon meer tijd nodig. Het is moeilijk voor de handel en de gretige ruiter om dat te accepteren, maar het levert uiteindelijk meer resultaat en een veel prettiger sfeer op stal. 

Hoe beter er gefokt wordt hoe hoger de verwachtingen. De hippische wereld staat tegenwoordig vol met paarden van beroemde moeders en vaders en even beroemde broers en zussen. Dat is geen makkelijke positie voor het jonge paard en daar is een hoop zelfcontrole van de berijders voor nodig. Maar er is geen mooier cadeautje dan een blij paard dat met vertrouwen en enthousiasme zijn ruiter wil plezieren. 

Daarbij, het geeft toch een fijn gevoel als je ‘s avonds bij het tandenpoetsen gewoon in de spiegel kunt kijken zonder je te schamen voor je eigen gedrag...? Of niet? 

Liz Barclay 

Foto boven artikel: Archief Remco Veurink

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding