Daphne van Peperstraten - Greenpoint's Hotmail V
Subtop Exloo
© DigiShots
Daphne van Peperstraten - Greenpoint's Hotmail V Subtop Exloo © DigiShots DigiShots

Daphne van Peperstraten “Een mooie afsluiting van de Young Riders-periode”

Dressuur

Nadat de finale door corona al een paar keer was verzet, was het afgelopen weekend dan toch zover. In Exloo ging de finale van de KNHS-Anemone Hors Trucks Greenpoint Cup van start. Op vrijdag werd de landenproef gereden. Bij de Young Riders werd deze gewonnen door Daphne van Peperstraten met Greenpoint’s Hotmail (v. Apache ). De combinatie behaalde 71,07%. Op zaterdag werd de kür verreden. Sanne van der Pols wist deze op haar naam te schrijven. Daphne werd tweede en dit was genoeg om met haar totaalscore als winnaar uit de bus te komen.

Advertisement

Diverse keren verplaatst

“Het is fijn dat de finale eindelijk verreden kon worden”, vertelt Daphne. “Normaal is hij in het voorjaar en is de finale tevens een observatie-wedstrijd. Echter was hij nu een paar keer uitgesteld en kon hij nu pas doorgaan. Ik ben eigenlijk te oud nu voor de Young Riders, maar de finale mocht ik toch wel rijden.”

“Niveau eerst goed zijn”

“Voor nu heb ik niks op de planning staan. Uiteindelijk wil ik Hotmail en Cupido (v. Johnson ) bij de U25 starten. Cupido is in training al wat verder dan Hotmail. Met Hotmail heb ik de ambitie om internationaal in de Lichte Tour te starten, maar voor nu staan er nog geen wedstrijden in de agenda. Ik train thuis rustig door en zodra de paarden er klaar voor zijn breng ik ze uit. Het is toch een nieuw niveau. Dat moet wel goed zijn eerst.”

“De combinatie is goed te doen”

“Op dit moment studeer in Commerciële economie en ondernemerschap aan de Tio Hogeschool. Dit is een mooie, kleine particuliere school. Hierdoor heb je kleine klassen. Op deze manier is het makkelijk te combineren met mijn sport. Twee paarden en studie is voor mij zo goed te combineren. Ik heb de paarden aan huis staan. Twee keer in de week gaan we van huis. Zo is het allemaal heel goed te doen.” 

Bron: De Hoefslag