The Dutch Masters - Indoor Brabant 2019
© DigiShots
The Dutch Masters - Indoor Brabant 2019 © DigiShots

Column Jacob Melissen I Onwerkelijke atmosfeer op The Dutch Masters

Springen
Advertisement
Je moet hier zijn om het te kunnen bevatten, Indoor Brabant/The Dutch Masters is voor 99% anders dan de voorgaande jaren. Die ene procent geldt de hindernissen, de zandpiste, de paarden en ruiters. Voor de rest is het onherkenbaar. Geen stands volgepropt met ruitersportartikelen, geen stands met glinsterende horloges en met diamanten bezette armbanden. Geen uiterst fraai ingerichte hoofdingang, waar de natuurlijke grandeur van dit evenement van afstraalt. Geen gezellig geroezemoes van in de file langs de stands paraderende bezoekers, die op hun mooist gekleed het belangrijkste hippische evenement van Nederland bezoeken. Geen Heinekenhoek om de vele, van het kijken en praten dorstige, kelen te lessen. Geen viploges en geen carnavaleske klanken van de Kikvorsen. Zelfs de bestuursleden zijn slechts één dagdeel welkom en publiek al helemaal niet.

Veranderingen

De veranderingen beginnen al bij binnenkomst. Iedereen maakt gebruik van een zij-ingang die we kennen van vorige jaren omdat de rokers daar hun heenkomen zochten om toe te geven aan hun verslaving. Nu na binnenkomst moet je eerst je coronapaspoort inleveren aan een balie. Vervolgens ga je langs een tester, die je na de neusswap vertelt of je wel of niet naar binnen mag. Normaalgesproken ben je blij met een positieve uitslag, maar net als in de omgekeerde wereld waarin we leven ben je nu blij met een negatieve uitslag. Daarna krijg je bij de balie een apparaat dat ongelooflijk begint te janken als je op minder dan anderhalve meter van een ander komt. Weer een balie verder krijg je het bandje, dat dagelijks van kleur verandert. Kortom, alles is anders dan anders in deze coronatijd, en dat is wennen.

Halve eeuw geleden

Wat misschien wel het meest ontluisterende is dat je, rondlopend in de Brabanthallen, je realiseert dat The Dutch Masters veel meer is geworden dan een hippisch evenement. Het heeft zich de laatste jaren ontwikkeld tot een evenement waarin het paard, de ruiter en de sport het decor waren. Nu is The Dutch Masters door de pandemie teruggeworpen op haar essentie van ruim een halve eeuw geleden: uitsluitend springsport. Vanaf de zijkanten lijken op doek geschilderde schimmen die publiek voorstellen toe te kijken. Maar van deze schimmen hoeft geen paard en ruiter belonend applaus te verwachten na een foutloze snelle rit. De imposante Brabanthallen stralen met hun overwegend in grijstinten gehuld interieur vooral soberheid en somberheid uit, waarin de kleurige en fleurige hindernissen de boel nog een beetje opvrolijken. Toch is het fantastisch dat de paarden weer op topniveau kunnen springen. Het is net zo fantastisch dat dankzij de internettechnologie mensen in de huiskamer, corona proof, op hun computer de wedstrijden live kunnen volgen. Dan maar een jaar geen publiek en gezelligheid. Alles is een stuk beter dan de editie van 2020, die op de ochtend van de eerste dag gecanceld moest worden. Ik ben blij dat ik er weer bij kan zijn om deze uitzonderlijke editie mee te mogen maken: eindelijk weer iets met een paard.

Hoofdrol

Uiteindelijk zullen we volgens mij tijdens deze buitengewone editie van Indoor Brabant tot één conclusie komen. Bij The Dutch Masters gaat het voor 99% om paarden en al het andere dat er omheen wordt opgetuigd is niet meer dan die ene procent. Een noodzakelijke één procent om de prijzengelden en de grandeur te kunnen ophoesten, maar ook niet meer dan dat. Het blijven de paarden die de hoofdrol spelen. Zonder kostbare horloges, schitterende diamanten, eindeloze rijen ruiterkleding, zadels en auto’s waaraan we ons mogen vergapen. Deze editie is dus helemaal terug naar af, en van daaruit moet er weer worden opgebouwd naar 2022. Ik mis de geur van de dure parfums waarmee de dames zich omringen niet. Daarvoor heb ik de geur van zwetende paarden na hun inspanningen in de ring te lang gemist. The Dutch Masters leeft zoals het ooit is begonnen en zal zeker herrijzen als een Feniks op de manier waarop we het de afgelopen jaren hebben ervaren. Wat fijn dat wat leek tot decor te zijn verworden toch nog altijd het allerbelangrijkste is van een hippisch evenement. Dat wat hoofdzaak leek te zijn geworden is uiteindelijk niet meer dan een uitermate fraai decor.   Tekst: Jacob Melissen Foto: Digishots