Joe en Emmelie Scholtens
Joe en Emmelie Scholtens Foto: Timo Martis

Emmelie Scholtens: 'Ik heb veel plezier gehad van Joe€

Dressuur
Advertisement
Emmelie Scholtens, haar parToener Jeroen Witte en familie Oomen hebben de zesjarige KWPN'er Joe (v. Blue Hors Zatchmo) verkocht naar Amerika. De ruin zal zijn carrière vervolgen bij Grand Prix amazone Beatrice Marienau.

Plezier

Scholtens en Witte kochten Joe als veulentje waarbij familie Oomen uit Valkenswaard later mede€“eigenaar werd van de ruin. "We hem al zijn hele leven en ik heb altijd ontzettend veel plezier van hem gehad. Hij is super leuk en heel vrolijk. Het is jammer dat hij verkocht is maar af en toe moet je er één verkopen. De paarden die ik zelf heel leuk vind, vinden andere mensen ook vaak leuk€ vertelt Scholtens.

Florida

Joe staat inmiddels bij Leida Strijk op stal en zal in november de reis maken naar zijn nieuwe stal in Florida. Scholtens vertelt "Door de Corona perikelen vliegt hij in november. Om de tussenperiode te overbruggen staat hij bij Leida, ze is een goede vriendin van Beatrice.€ Joe eindigoede op driejarige leeftijd op de vierde plaats in de VSN Finale. Het jaar daarop nam hij deel aan de finale van de Pavo Cup en in 2019 werd hij tweede in de finale van de Subli Cup.

Hoogste niveau

"Ik denk echt dat hij een Grand Prix topper in de dop is. Het is een heel getalenteerd en ik vond het zijn karakter heel leuk. Hij had altijd goede zin en was heel werkwillig. Afgelopen jaar was hij reserve voor het WK voor Jonge Dressuurpaarden. We zaten nu ook in het traject maar we kunnen het helaas niet afmaken. Hij heeft altijd goed gepresteerd en ik denk dat hij zijn energie goed kan gebruiken in het hogere werk. Het was genieten om met hem te rijden.  Zijn nieuwe eigenaresse heeft hem aangekocht voor de sport en wilt hem opleiden naar het hoogste niveau. We zien hem hopelijk nog vaak terug!€ vertelt Scholtens.     (MK) Bron: Hoefslag / Overname zonder bronvermelding én schriftelijke toestemming via webredactie@mediaprimair.nl is niet toegestaan. Foto: Timo Martis