Afbeelding

Insulineresistentie en Equine Metabool Syndroom

Verzorging Opvallend

Paarden, pony’s en ezels die er heel goed uitzien en dik lijken te worden van lucht, zouden een insulineresistentie (I.R.) of het Equine Metabool Syndroom (E.M.S.) kunnen hebben. Deze ziekten komen de laatste jaren steeds vaker voor. De betreffende dieren krijgen minder voer dan hun collega’s die (zo ongeveer) dezelfde energiebehoefte hebben, maar worden veel dikker. Hoe dat kan? Veel van de paarden die snel dik worden hebben een ‘afwijkende’ stofwisseling, die veroorzaakt wordt door de insulineresistentie. Als deze insulineresistentie niet onderkend en effectief behandeld wordt, kan het onder andere hoefbevangenheid en E.M.S. tot gevolg hebben. Beide ziektes zijn een gevolg van een verkeerde balans tussen energiegift en energiebehoefte.

Advertisement

Wat is insulineresistentie?

Insulineresistentie is een stofwisselingsstoornis. Het hormoon insuline, dat gemaakt wordt door de alvleesklier, is heel belangrijk voor de suikerstofwisseling en zorgt normaal gesproken voor een bijna constant glucosegehalte in het bloed en een goede verdeling van voedingsstoffen in het lichaam. Als een gezond paard eet, worden de voedingsstoffen door de darmwand afgegeven aan de bloedbaan. De insulineconcentratie in het bloed stijgt dan. Insuline zorgt ervoor dat suiker uit het bloed wordt opgenomen door spier- en vetcellen. Daarnaast remt insuline de suikerproductie door de lever. Insuline zorgt door deze processen voor een verlaging van de bloedsuikerconcentratie na opname van voedsel. 

Omgezet in vetten

De spiercellen van paarden met insulineresistentie nemen pas glucose op als de insulineconcentratie ongewoon hoog is. Het gevolg daarvan is dat ook het bloedglucose na een maaltijd lang te hoog blijft. De alvleesklier maakt langer en meer insuline aan om te proberen de overmaat aan glucose zo snel mogelijk op te laten nemen door de spieren. De overmaat aan glucose in het bloed wordt door de lever omgezet in vetten die verdeeld worden over het vetweefsel in het lichaam. I.R.-patiënten hebben veel te lang een hoog insulinegehalte in het bloed, wat een ongezonde situatie is voor veel organen. De dieren worden onder andere gevoelig voor de zeer gevreesde hoefbevangenheid en/of kunnen het zogenaamde Equine Metabool Syndroom (E.M.S.) krijgen.

Ontstaan van I.R.

Insulineresistentie komt voor bij ziekten als PPID (voorheen ziekte van Cushing genoemd) en bij een bepaalde tumor aan de eierstokken, maar is tegenwoordig zeer vaak het gevolg van een langdurige disbalans van voeding en arbeid van het dier. Een aantal rassen is ook duidelijk gevoeliger: de Shetland-, Welsh- en New Forestpony’s, de Haflinger, de Tinker, het Belgisch koudbloed, de Fries maar ook ezels hebben veel meer aanleg voor I.R. Deze ‘easy keepers’ hebben een enorme eetbehoefte en hebben een veel efficiëntere stofwisseling dan andere warmbloedrassen.

Hoe herken ik een paard met I.R.?

De waarschijnlijkheidsdiagnose is vaak op het oog te stellen door het typische uiterlijk van het paard (een dikke en stevige manenkam met vetophopingen op de rug en de billen) en het bijbehorende verhaal; een paard dat dik wordt, zelfs als het weinig eten krijgt. Daarnaast zie je vaak dat de gevreesde complicatie hoefbevangenheid al is opgetreden. De dierenarts herkent dit beeld als geen ander en kan hierbij helpen. Bij minder opvallende symptomen is het doen van bloedonderzoek zinvol.

Equine Metabool Syndroom

Bij paarden met het Equine Metabool Syndroom heeft de overmatige opname van voeding niet alleen geleid tot een grote hoeveelheid vetweefsel en insulineresistentie. Paarden met E.M.S. hebben vaak ook een verstoorde vetstofwisseling en er is sprake van een complexe hormonale disbalans. De hormonale disbalans ontstaat op twee verschillende manieren:

  • Bij het indirecte mechanisme dat leidt tot hormonale disbalans worden extra hormonen gemaakt in het kader van een ontsteking. Door de druk die ontstaat in het overvulde vetweefsel (denk aan de harde manenkam) sterft het vetweefsel af. Hierdoor ontstaat een (steriele) ontsteking en waarbij hormonen worden geproduceerd die I.R versterken en de kwaliteit van de bloedvaten in het hele lichaam verminderen.
  • Bij het directe mechanisme dat leidt tot hormonale disbalans moeten we het vetweefsel zien als natuurlijk e producent van een groot scala aan hormonen. Bij dieren met veel vetweefsel worden relatief grotere hoeveelheden van deze hormonen geproduceerd. Over de effecten van déze hormonale disbalans is bij dieren nog niet veel bekend. Bij te dikke mensen leidt het tot bloeddrukverhoging, ontstekingen, aderverkalking en ook weer, een verminderde gevoeligheid voor insuline .

Hoe herken ik een paard met E.M.S.?

De diagnose wordt gesteld op grond van de verschijnselen, een test op insulineresistentie en een bepaling van het triglyceridengehalte in het bloed. Het vet kan over en in het gehele lichaam verdeeld zijn maar ook heel plaatselijk opgehoopt zijn meestal in de nek- en bilregio. Om de voedingsconditie van paarden enigszins objectief te beoordelen kan je gebruik maken van een scoresysteem zoals de Sanequi Body Condition Score, een scoresysteem dat aangeeft hoe vet of hoe mager een paard is.

Behandeling

Naast de behandeling van een eventuele hoefbevangenheid is het belangrijk de voeding drastisch aan te passen en het dier geleidelijk af te laten vallen. Omdat deze therapie echt een lange termijnplanning is, je paard gek is op eten en het heel moeilijk is ze nog minder te geven, vergt dit van de verzorger een ijzeren discipline. Zolang het paard (nog) niet hoefbevangen is, heb je de meeste kans van slagen, dus wacht niet!. I.R. en E.M.S zijn gevolgen van een disbalans tussen voeding en voederbehoefte. Als een paard eenmaal aan een van deze ziekten lijdt is het belangrijk om in samenspraak met je dierenarts een gezonde revalidatie te realiseren.