Afbeelding
Foto: Remco Veurink

Spenen

Algemeen
Advertisement
Voor veel paardeneigenaren is het spenen van een veulen eenvoudigweg het veulen scheiden van de merrie. Toch komt er meer bij kijken dan deze eenvoudige voorstelling van zaken. In onderstaand artikel worden enkele zaken betreffende het spenen van een veulen besproken. Over het algemeen gaan we er vanuit dat een veulen vanaf de vier maanden gespeend kan worden. Voorwaarde is wel dat het veulen goed krachtvoer en ruwvoer kan eten. Is dit nog niet het geval dan kan je beter nog even wachten en ervoor zorgen dat het veulen dit onder de knie krijgt. Daarom is het goed om het veulentje al vanaf de eerste week veulenbrokjes aan te bieden! Verder moet je goed naar de algemene conditie van het veulen en de merrie kijken. Als de merrie moeite heeft om in een goede conditie te blijven, ook met voldoende aanbod van merriebrok, is het verstandig om het veulen niet veel langer bij de merrie te laten. Het veulen moet uiteraard in een goede conditie zijn als het gespeend wordt.
Wijze van spenen
Tijdens het spenen van een veulen kun je er het beste voor zorgen dat het veulen op stal blijft en de merrie buiten gehoorsafstand (!) in de weide. Als het veulen al eens van de merrie gescheiden is (bijvoorbeeld als de merrie getraind wordt) zal dit niet direct voor grote problemen zorgen. Als een veulen nog nooit apart van de merrie is geweest kan het veulen in paniek raken en hevig gaan roepen en lopen. Vaak is het dan ook het beste om het veulen ver van de merrie te houden zodat er geen contact is tussen de merrie en het veulen. Zowel merrie als veulen zal zich dan vrij snel aanpassen aan de nieuwe situatie. Indien mogelijk is het voor het veulen prettig om met enkele andere veulens samengebracht te worden. De veulens hebben dan wat afleiding aan elkaar en kunnen elkaar €˜opvoeden'. Omdat veulens vaak zeer actief zijn na het spenen, moet je proberen te voorkomen dat veulens zichzelf na het spenen verwonden. Denk daarbij bijvoorbeeld aan scherpe randen in de stal, aan tralies van de box waartussen ze met hun hoefjes vast kunnen komen te zitten of aan ruiten die niet afgeschermd zijn.
De merrie
Tot aan het spenen heeft de merrie melk geproduceerd. De melkproductie zal na het spenen niet van het ene op het andere moment stoppen en de merrie moet dan ook goed in de gaten gehouden worden. Daarom is een goed plan om enige weken voor de geplande speendatum de hoeveelheid krachtvoer voor de merrie te minimaliseren. Als het te lang duurt voordat de melkproduktie substantieel terugloopt is er een verhoogoede kans op uierontsteking door de restmelk in het uier, wat zeer pijnlijk is voor de merrie. De merrie kan hierbij flauw worden, minder goed gaan eten, koorts krijgen en soms zelfs kreupel gaan lopen. De uier wordt eenzijdig hard en kan zeer pijnlijk zijn. Als we de melk controleren kunnen daar vlokken in zitten. Soms is het nodig een uierontsteking met antibiotica en ontstekingsremmers te behandelen. Vooral uitmelken is belangrijk, om de etterige melk te verwijderen en zo de toxineresorptie (de opname van giftige stoffen) vanuit dit ontstekingsvocht tegen te gaan. Om de melkproductie wat sneller terug te laten lopen kun je de merrie beperken in de voergift en eventueel ook in de hoeveelheid drinkwater. Denk daarbij aan minder krachtvoer en/of minder goede kwaliteit gras. Met het beperken van de hoeveelheid drinkwater moeten we wel terughoudend zijn. Paarden die te weinig drinken worden gevoeliger voor bijvoorbeeld een verstoppingskoliek. Bovendien moet een beperking van de hoeveelheid drinkwater vanuit welzijnsoogpunt niet vanzelfsprekend zijn. Om een uierontsteking te voorkomen is het verder raadzaam om de merrie voldoende beweging te geven (na het spenen buiten in de weide!).
Het veulen
Het veulen zal na het spenen erg moeten wennen aan de nieuwe situatie. Bij het ene veulen gaat dit sneller dan bij het andere. Zorg ervoor dat het veulen voldoende voer op kan nemen en geef eventueel wat extra vitaminen en mineralen om een te lage opname te compenseren. Zeker als veulens in een koppel geplaatst worden moet men goed opletten dat de veulens die onderaan in de rangorde staan niet te weinig voer opnemen. Blijven zulke veulens erg achter bij de rest, dan kun je ze beter apart houden tot ze wat ouder zijn. Veulens met een navelbreukje moeten na het spenen eigenlijk preventief geopereerd worden. Spontaan dichtgroeien gebeurt vanaf de leeftijd van drie à vier maanden niet meer. Op de plaats van de breuk is de buikwand niet gesloten en kan er een stukje darm in de breuk terecht komen. Op het moment dat het veulen alleen vast voer gaat eten is de kans hierop groter. In sommige gevallen kan dit stukje darm vast komen te zitten in de breuk. Het veulen zal dan in meer of mindere mate koliek ontwikkelen (onrustig gedrag, rollen, naar de buik trappen, zweten). Is dit het geval, wacht dan niet af en consulteer een dierenarts. Die kan proberen om het stukje darm terug te duwen in de buikholte. Als dit niet lukt, zal een spoedoperatie noodzakelijk zijn.
Ontwormen, enten en chippen
Het ontwormen van een veulen vraagt ook de nodige aandacht. Allereerst kan niet elk middel gebruikt worden, omdat er vanwege de leeftijd van het veulen een nadelige bijwerking van de werkzame stof kan optreden. Anderzijds hebben wormen een toenemende mate van resistentie tegen bepaalde werkzame stoffen. Het advies is om op basis van mestonderzoek en in overleg met een dierenarts tot een goed ontwormschema te komen. Dit is zeker van belang als de veulens in een koppel geplaatst zijn. Doel is om resistentie te voorkomen en opbouw van een natuurlijk e immuniteit te stimuleren. De grens tussen beide is echter zeer smal en kan alleen op basis van een goede controle in stand gehouden worden. Overleg met de dierenarts is dan ook van belang. Vanaf een leeftijd van 5 maanden is de passieve weerstand voor influenza, tetanus en rhinopneumonie bij een veulen meestal erg teruggelopen en onvoldoende. Daarom is het zaak om in het najaar de eerste entingen te laten geven en uw kostbare veulen te beschermen tegen deze infectieziekten. Tenslotte moet men er rekening mee houden dat het (voor alle rassen) wettelijk verplicht is dat een veulen op het moment van spenen gechipt is. Zorg ervoor dat je dit geregeld hebt via het stamboek of via uw dierenarts.   Tekst: Ad van Beek