Afbeelding
Foto: Remco Veurink

Minder luchtwegproblemen door turfstrooisel

Algemeen
Advertisement
Uit een Fins onderzoek blijkt dat turfstrooisel een betere bodembedekker is voor paarden dan zaagsel. De wetenschappers vergeleken de luchtkwaliteit in de stallen, de gezondheid van de paarden en het vochtigheidsgehalte van de hoeven tussen paarden die op turf en op zaagsel stonden. “Het risico op luchtwegproblemen kan goed voorkomen worden door de luchtkwaliteit in de stal te verbeteren. De keus van bodembedekking is met name belangrijk in landen met een koud klimaat, waar de paarden het grootste gedeelte van de dag en het jaar op stal staan.” De paarden in het onderzoek stonden 19 uur per dag op stal, kregen vier uur vrije beweging buiten en een uur training. De stallen werden iedere dag met de hand uitgemest waarbij alle mest en natte plekken verwijderd werden. Om de luchtkwaliteit te kunnen bepalen werd het ammoniagehalte en stof gemeten. “Er was geen tot nauwelijks ammonia in de stallen waar turfstrooisel werd gebruikt. De concentratie ammonia in de lucht was beduidend hoger in de stallen met zaagsel.” Uit de resultaten van het onderzoek bleek dat beide groepen paarden meer last van hun luchtwegen kregen in het begin van het onderzoek, maar bij de paarden die op turfstrooisel stonden verdwenen deze klachten al voor het einde van de onderzoeksperiode. “De gezondheid van de paarden op turfbedding verbeterde, terwijl de paarden op zaagsel symptomatisch bleven.” De luchtwegen werden beoordeeld door middel van een endoscopie. “De hoeveelheid stof was klein in beide type bodembedekkers. Er was ook geen verschil in het koolstofdioxidegehalte in beide condities. De hoeven van paarden die op turfstrooisel stonden waren minder uitgedroogd dan paarden die op zaagsel stonden.” aldus de onderzoeksleider. “Uit de resultaten blijkt dat turfstrooisel beter is voor de luchtwegen en de algehele gezondheid van het paard, en daarnaast worden ook de stalmedewerkers die de stallen moeten uitmesten minder blootgesteld aan ammoniadamp.” Foto: Remco Veurink Bron: MDPI / Hoefslag