Activiteit creëren
Nadat Zoë haar merrie heeft los gestapt mag ze van Wout-Jan meer voorwaarts gaan rijden. "Probeer je hand zo te laten en dan met je been richting je hand toe te drijven. Vang aan de voorkant een keer op en dan druk je er met je been weer tegenaan. Dit herhaal je een paar keer. Dit paard heeft een langer en rechter achterbeen waardoor je deze meer moet activeren om hem van achter te laten zakken. Als je hem aan de voorkant nu te veel laat zakken, dan komt dit paard juist op de voorhand, daarom moeten we haar een beetje bovenin stellen en tegen de hand oprijden. Dan voel je dat ze steeds makkelijker wordt. Je moet met de achterkant beginnen om deze sterker te maken, dan wordt de voorkant vanzelf beter.” Wout-Jan geeft haar de opdracht om in galop naar voren te rijden op de lange zijde en hierna weer op te vangen op de korte zijde. "Denk eraan dat je de teugels niet losgooit als je naar voren gaat, maar houdt contact met de mond. Telkens probeer je op de korte zijde meer door te sluiten, maar doe dat terugsluiten niet te lang want dan wordt ze te traag. Als je gewoon galoppeert dan ziet dat er fijn uit, maar het doet niks. Ik wil er meer een harmonica in maken waardoor je het achterbeen sterker maakt.”
