Druk bezocht KNHS Trainingsseminar

28 juni 2014, 00:00 Dressuur Advertisement Op het KNHS centrum in Ermelo werd het KNHS Trainingsseminar met Anky van Grunsven vandaag druk bezocht door trainers, instructeurs en geïnteresseerden. Thema van dit jaar was €˜jong talent'. Het Seminar startte met de kinderen van Anky in de baan, die ook later in het seminar nog erg actief waren met het stellen van vragen en het maken van opmerkingen. Verlegen waren ze in ieder geval niet. Het volgende agendapunt leek misschien een vreemde eend in de bijt, maar niks was minder waar. Met haar westernpaard Whiz liet Anky zien hoe scherp op haar hulpen werd gereageerd zonder dat ze daar zelf veel voor hoefde te doen. Simpel blijven, was het statement voor de rest van de dag. Met Whiz showde Anky tevens het fijn nagefelijk rijden met licht teugel contact. Om de trainers en instructeurs die met veel teugeldruk rijden te laten voelen hoe moeilijk het is om niets te doen gaf ze haar paard even uit handen. Voor de twee personen uit het publiek die de mogelijkheid kregen om op Whiz een rondje te maken, was het een echte eyeopener. Van het western rijden begrijp je volgens Anky beter wat je fout doen. Advies van Anky aan de dressuurruiters: Ga eens een rondje met een Quarter rijden.

Het paard moet zichzelf eerst leren dragen

Vervolgens kwam Daniëlle Heijkoop in de baan met de vijfjarige Eros (v. Jazz). De training van het jonge paard is vooral gericht op balans, houding en de controle van het tempo. Het eerste wat een paard moet leren is om zichzelf te dragen. De ruiter kan het paard sturen en begeleiden, maar kan nooit 600 kilo ondersteunen. Anky's advies, niet doen dus. Net als bij Whiz lag de nadruk nu ook weer op het zo simpel mogelijk rijden. Veel ruiters doen heel veel dingen die niet nodig zijn, het kan wel werken, maar volgens Anky is het gewoon veel te ingewikkeld. Als het paard bijvoorbeeld op het been naar voren moet gaan, heeft het geen zin om aldoor te blijven drijven. De eerste hulp is zacht, de tweede duidelijk en de derde is hard eventueel met een tikje van de zweep. Als de ruiter vijftig keer iets vraagt zonder een antwoord te eisen dan leert het paard juist om niet op de hulpen te reageren. Duidelijk zijn dus.

Variatie in de oefeningen

Na Daniëlle Heijkoop was het de beurt aan de Belgische Jorinde Verwimp met de zevenjarige Tiano (v. Lester). Jorinde liet samen met Anky zien dat in de training van een iets ouder paar meer gevarieerd wordt in het tempo en de houding. Voornamelijk in de oefeningen liet de combinatie zien te kunnen schakelen, iets meer oprichting te kunnen vragen of juist een iets lagere instelling. Volgens Anky is een proef nooit hetzelfde en kan onverwachts iets gebeuren waardoor het paard anders reageert. Door in de training de oefeningen al in verschillende varianten te rijden, is het makkelijker om in de proef op veranderingen in te spelen. Na Jorinde kwam Daniëlle nog een keer terug, maar nu met haar Lichte Tour paard, Kingsley Badari (v. Gribaldi). Anky liet dit keer met Daniëlle zien dat de oefeningen stap voor stap in de training worden opgebouwd. Als een nieuwe oefening moeilijk wordt stop dan ook een keer vlak voordat het fout gaat om te belonen. Echter is het ook goed om de grenzen op te zoeken en het een keer fout te laten gaan. Daniëlle laat dit duidelijk zien in de galopchangementen om de pas. Het eerste lijntje rijdt ze door en gaat het fout. Vervolgens rijdt ze een paar changementen op rij en stop even. Na een stukje rechtuit rijdt ze nog een paar changementen. Tot slot wil de complete oefening in de laatste lijn helemaal lukken, wat een luid applaus van het publiek opleverde.

Het gaat om de basis

Anky sloot de dag zelf af met Handsome (v. Blue Horse Hertug). Met dit paard wilde Anky in eerste instantie het lager instellen tijdens het inrijden en het laten volgen van de hand laten zien. Handsome vond het in Ermelo echter best spannend. Anky gaf aan in dit geval het paard vaker iets ronder te vragen en weer los te laten. Vooral niet lang vasthouden, het paard zal altijd terugtrekken op teugeldruk. Het is juist de bedoeling dat het paard losser wordt aan de voorkant. Het gaat om de basis, als die goed is, gaan bijna alle oefeningen goed. Bron: Hoefslag