De Wereldruiterspelen liepen uit op een aaneenschakeling van succes voor onder de Nederlandse vlag rijdende ruiters. Hoewel verschillende medailles ogenschijnlijk uit de lucht kwamen vallen, is van toeval zeker geen sprake.
Het is een gegeven dat paardensport op topniveau een ingewikkeld samenspel is van vele factoren. Ook geluk hoort hierbij. Maar om daar een dergelijke opeenvolging van topprestaties aan toe te schrijven is duidelijk te kort door de bocht. Alleen als alle randvoorwaarden op orde zijn creëer je een basis waarop de door Nederland geleverde prestaties zich kunnen vormen. Allereerst is daar de prettige wetenschap dat we voor veel disciplines (grotendeels) zelfvoorzienend zijn wat de beschikbaarheid van toppaarden betreft. We fokken de paarden zelf en bieden ze vervolgens een juiste opleiding. De in Nederland aanwezige knowhow speelt een sleutelrol. Vooral bij onze topruiters en -trainers is de kennis over het op een juiste manier managen van paarden van zeer hoog niveau. Op diverse topstallen zijn training, voeding, veterinaire begeleiding en wedstrijdplanning minutieus op elkaar afgestemd.
Ook de KNHS speelt in het succesverhaal een grote rol. Deze rol mag op de eerste plaats een faciliterende zijn, juist onze nationale federatie heeft in samenwerking met het NOC*NSF de laatste jaren een duidelijke professionaliseringsslag gemaakt die vandaag de dag het verschil maakt. Fysieke, mentale, veterinaire en talentonwikkelingsprogramma’s spelen hierbij een rol en ook de band met de eigenaren van de toppaarden is sinds het vertrek van Totilas inniger geworden.
De gehele analyse van de voor Nederland zo succesvolle Wereldruiterspelen vind je in de nieuwste Hoefslag, hier online te bestellen.
Foto: Remco Veurink